| Catelyn | |||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| De Strijd der Koningen hoofdstuk | |||||||
 | |||||||
| POV | Catelyn Stark | ||||||
| pagina | 638 (Andere versies) | ||||||
| Hoodstuk chronologie(All) | |||||||
| |||||||
Catelyn VII is het vijfenvijftigste hoofdstuk van het boek De Strijd der Koningen. Het hoofdstuk wordt verteld vanuit het oogpunt van Catelyn Stark.
Samenvatting[]
Catelyn Stark zat samen met Briënne Tarth te dineren in de grote zaal. Ze hoorde het feestgedruis in de verte. Ze vertelde Briënne over de brief die ze had ontvangen. De brief had haar op de hoogte gebracht van de dood van Bran en Rickon Stark. Ze had er grote verdriet over.
Catelyn vroeg ten slotte of Briënne met haar mee wilde gaan tijdens haar bezoek aan Jaime Lannister. Eerst bracht ze een bezoek aan haar vader. Bij haar slapende vader stortte ze haar hart uit.
Pas een paar uur later kwam ze bij de cel van Jaime. Ze wilde de waarheid van hem horen en zo hoorde ze dat Joffry inderdaad zijn zoon is. Ook vroeg ze hem naar de val van Bran. Jaime bekende dat hij hem geduwd had, maar niet of dat een van zijn verwanten achter de volgende aanslag zat. Jaime vertelde haar ook het verhaal over de dood van Brandon en Rickard Stark. Catelyn ontbood Briënne en vroeg om haar zwaard.